En daar komt bij dat je bezig moet blijven en weer wat moet verzinnen. Misschien moet ik ook maar eens een aflevering gaan schrijven met Oud Zeister spreekwoorden!
Maar nu de volgende visserslatijn uitspraken:
1.Buster I . Dit is mijn (en andere vissers) favoriete kunstaas.
Dit aasje is gevuld met metalen kogels en maakt bij het binnenvissen een klikklak geluid, een soort rammelaar.
Je kunt hem beter niet gebruiken voor baby's, want hij is gemaakt van een 'verkeerde' kunststof. Hij bevat dus schadelijke stoffen en er zitten dreggen aan.
Met dit aasje kun je vissen van 0,5 meter tot 4,0 meter diep, de lengte is 15 cm. Hij weegt 75 gram en is langzaam zinkend.
Er is ook een drijvende versie en die gaat maar 0,5 tot een meter diep, dus goed voor ondiep water.
Ze zijn te krijgen in verschillende kleuren.
Ook zijn er Baby Buster's, ook weer niet voor echt baby's (ook wel Buster II genoemd).
Deze is gewoon een stukje kleiner als de Buster I.
3.Geparkeerd. Dit is als ik een willekeurig aasje in de boom gooi of ergens in een struik gooi of ergens op de bodem van een water vast zit.
4. Binnenvissen. Dit is niet thuis in de huiskamer vissen, maar het met je molen de lijn opdraaien die je met het kunstaas net hebt uitgeworpen.
5.Dreggen. Dit zijn drie haken bij elkaar gesoldeerd of gelast.
Deze zijn vlijmscherp en bij verkeerd handelen kunnen ze in je vingers terecht komen.
6, Dreggen kan ook zijn met je kunstaasredder je kunstaasje van de bodem zien te redden.
6 a. Kunstaasredder. Hiermee kun je je kunstaas redden als deze vast zit op de bodem van een sloot of wetering, achter een onder het water liggende tak, fiets, of winkelkarretje.
7. Lijn. Dit is de lijn die op je molen of reel zit, deze kan van gewoon nylon zijn, van dyneema, of van fluorcarbon.
Hier ga ik verder niet te ver op in. Er zijn teveel soorten om er uitgebreid over te schrijven.
8. Molen. Hier draai je de lijn mee binnen en hij zit op je werphengel.
9 Reel. Hier haal je je lijn mee binnen en hij zit meestal op een jerkbait hengel en daar zijn ook weer zeer veel soorten in en ze zijn ook op verschillende hengels toepasbaar.
10 Jerkbait hengel. Met deze hengel vis je omgekeerd, zo visje met een hengel met molen met de ogen van de hengel naar beneden en bij de jerkbaithengel met de ogen naar boven. Bovendien tik je het kunstaas meestal binnen.
11.Binnentikken of jerken. Dit is het door middel van korte tikken je kunstaas binnen trekken, (dus niet verwarren met schunnige gedachten.)
12.Pruik. Dit is een soort knoop in de lijn die meestal voorkomt bij een reel, maar die van dien aard is dat hij het werpen verder niet meer mogelijk maakt. Je moet het zien als een bol wol die in de war zit.
Sommige pruiken zijn zo erg dat je de reel helemaal los moet maken om de bol uit elkaar te pluizen.
13.Knoop. Dit gebeurt meestal bij de molen, dan zit de lijn in de knoop en dat is meestal buiten de molen. (ook een soort van pruik) Vaak kun je dan beter de boel afknippen.
14.Onderlijn. Dit is een stalen, of fluorcarbon en titanium lijntje tussen je kunstaas en de dyneema lijn van de molen of reel. Dit materiaal is bestand tegen de tanden van een snoek en zo verspeel je de snoeken niet.
Zou je alleen met nylon dyneema vissen, dan bijten de snoeken de lijn zo door.
15Schepnet. Dit is een gevlochten net van nylon, tegenwoordig ook van rubber en daarmee kun je de gevangen vis uit het water scheppen.
16.Kieuwgreep. Zo kun je de snoek uit het water halen. Je doet dan je wijsvinger tussen de kieuwdeksel van de snoek en zo kun je zonder hem te beschadigen de snoek uit het water tillen, dan heb je ook je schepnet niet nodig.
17.Onthaaktang. Hiermee kun je de gevangen snoek van de haken ontdoen (onthaken) en weer veilig in het water terug zetten.
17a.Hakenkniptang. Dit om een verkeerd gehaakte snoek op een goede manier van de haken de ontdoen door de haken door te knippen. Zie boven bij de beschadigde Buster waar de achterste haken van zijn verwijderd.
18.Bogagrip (lipgripper) . Hiermee kun je ook de snoek uit het water halen met ondersteuning van je andere hand. Dit is een tang die je dan op de onderlip van de snoek plaatst, zodat je wat veiliger bent als de snoek gaat kopschudden waardoor je de haken in je handen zou kunnen krijgen.
19.Spoel. Hier zit de lijn van de molen of reel opgespoeld.
20.Vliegvis reel. Dit is de benaming voor de molen waarmee je kunt vliegvissen. Deze ziet er anders uit dan de reel of molen van de werphengels. Ook de lijn is anders, namelijk dikker en wordt gevolgd door een leader, een soort onderlijntje, en daar knoop je weer je streamer aan.
En een oudje , dit is ook een automatic .
21.Streamer. Dit is een zelfgemaakt of gekocht kunstaasje voor het vliegvissen op snoek, dit bestaat vaak uit een bijeengebonden pluk met veren en bont of iets dergelijks wat er op lijkt en een grote haak.
22.Duiker. Dit is een soort verbinding tussen twee stukken water onder de weg of oprit van een weiland. Meestal zijn ze rond of of rechthoekig en daar ligt vaak wel een snoek voor (ook wel een Hotspot genoemd, vaak liggen ze ook wel ergens in een hoek, dus goed je ogen de kost geven.)
Ook bij uitstekende plukjes waterplanten of onder overhangende bomen en struiken kun je wel een rakkertje of rakker verwachten. Bij T-splitsingen liggen ook vaak snoeken, ze liggen daar graag op de loer, wachtend op een voorbij komend schooltje vis (groep of groepje, kunnen voorns, baars en brasem zijn)
23.Viswijf. Een vrouw die stinkt naar vis en lawaai maak als een walvis. (Jos en ik kennen er een paar en dat zijn niet onze vrouwen). Ze staan ook wel eens op de markt.
24.Hé hé Pauze. Dat is een pauze als Jos en ik in een moeilijke benarde situatie zitten en even rust willen door middel van een sigaret.
25.Thermosfles.Dit is ons urinoir als we vanuit een boot vissen en moeten plassen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten